Helaas krijgen veel mensen in hun leven te maken met de gevolgen van kanker – zelf of wanneer iemand uit de naaste omgeving ermee geconfronteerd wordt. Naast onze missie om behandelingen te ontwikkelen die deze vreselijke ziekte kunnen terugdringen en uiteindelijk genezen, zetten wij ons ook in om het dagelijkse leven van patiënten en hun families draaglijker te maken. Zo heeft kanker vaak ook een grote impact op het werk. Werk is een belangrijk onderdeel van de kwaliteit van leven. Voor veel mensen is een job niet alleen het hebben van een inkomen, maar ook een bron van zingeving. Omdat mensen door het verbeteren van behandelingen steeds langer leven, wordt (de terugkeer naar) werk nog belangrijker. Daarom werken we nauw samen met mensen en organisaties die dicht bij patiënten staan. Zo werkt Janssen samen met Travail & Cancer, een organisatie die zich specialiseerde in coaching gericht op terugkeer naar het werk¹⁰. Dankzij dit partnerschap kon de app ‘Empowerme’ gerealiseerd worden, waarbij het terugwinnen van de eigen zelfstandigheid centraal staat.¹¹ Ook met de Stichting tegen Kanker zijn we intensiever gaan samenwerken rond ‘re-integratie en werk’ tijdens en na de ziekte.¹² 

Tuberculose – kortweg tbc – is sinds 1944 te genezen met behulp van antibiotica. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie lijden wereldwijd 10 miljoen mensen aan tbc². Ongeveer 85% van de mensen die tbc oplopen kunnen met succes worden behandeld met een geneesmiddelenbehandeling van zes maanden. Deze behandelingen zijn echter niet altijd beschikbaar. In 2019 stierven nog 1,4 miljoen mensen aan de ziekte². Het aantal gevallen daalt langzaam, maar tuberculose is na hiv/aids nog altijd de meest dodelijke infectieziekte. In 2018 kregen in België 981 mensen de diagnose voor tbc gesteld³ en leven er vandaag meer dan 20.000 Belgen die ooit geïnfecteerd raakten met hiv. Janssen maakt zich zorgen over die aantallen en zet zich samen met anderen dagelijks in om tuberculose en hiv de wereld uit te helpen. Zo ontwikkelden we een behandeling voor multidrugresistente tuberculose die door de WHO is opgenomen in de lijst van essentiële geneesmiddelen en voeren we op dit moment klinische studies uit voor een kandidaat-vaccin tegen hiv.

Bij Janssen werken we aan een toekomst waarin ziekte tot het verleden behoort. Deze ambitie is enkel haalbaar als iedereen – waar ook ter wereld – toegang heeft tot de juiste medicatie en behandelingen. Hoewel de wereldwijde gezondheidszorg de laatste decennia aanzienlijk is verbeterd, zijn er op veel plaatsen nog steeds grote gezondheidsuitdagingen die dringend onze aandacht vragen.

Global Public Health is een ‘end-to-end’-organisatie binnen Johnson & Johnson die zich dagelijks inzet voor de grootste gezondheidsuitdagingen op de meest kwetsbare plaatsen ter wereld, zoals in ontwikkelingslanden. Haar activiteiten strekken zich breed uit, van R&D tot de zorgteams met beide voeten in het veld. Global Public Health spitst zich toe op vijf uitdagingen: hiv en tuberculose de wereld uit helpen, toekomstige pandemieën voorkomen en er gepast op reageren, verwaarloosde tropische ziekten bestrijden, antibioticaresistentie tegengaan en psychische aandoeningen in gebieden met beperkte middelen aanpakken.

Zo is er voor veel infectieziekten bijvoorbeeld nog steeds geen veilig en werkzaam vaccin beschikbaar. Maar de impact van deze ziekten blijft groot. Tuberculose is helaas een sprekend voorbeeld: het maakt de meeste slachtoffers onder de infectieziekten⁵, onder andere in China en India. GPH blijft daarom investeren in geneesmiddelen en vaccins tegen vaak voorkomende infectieziekten. In 2014 werd een nieuw geneesmiddel van Janssen voor multidrugresistente tuberculose goedgekeurd door de bevoegde autoriteiten. Janssen heeft 30.000 doses van dit geneesmiddel, ter waarde van 25 miljoen euro, kort na de ontdekking geschonken aan de U.S. Agency for International Development, die het als wereldwijde tbc-behandeling ter beschikking heeft gesteld. 

En ook hiv willen we naar de geschiedenisboeken verwijzen. Janssen heeft reeds negen transformationele behandelingen ontwikkeld. De pediatrische hiv-zorg, zowel bij kinderen als adolescenten, krijgt onze niet-aflatende steun. Sinds 2014 realiseren we binnen het New Horizons Collaborative in de elf deelnemende landen in sub-Sahara Afrika toegang tot onze tweede- en derdelijns hiv-geneesmiddelen. In Oeganda zetten we zelfs drones in om onze antiretrovirale behandelingen alsnog op de meest uitdagende locaties, zoals afgelegen eilanden, te krijgen. De hiv-pandemie zullen we pas echt een halt kunnen toeroepen dankzij een werkzaam en veilig vaccin, zoals we dat reeds ontwikkelden voor ebola en COVID-19. Met twee grootschalige werkzaamheidsstudies op vier continenten voor ons kandidaat-vaccin tegen hiv, hopen we deze ambitie in de toekomst waar te kunnen maken.